Rhamnus frangula: zie Frangula alnus / Sporkehout
Het geslacht Rhamnus (Vuilboom) wordt in ons land vertegenwoordigd door 2 soorten: Rhamnus catharctica (wegedoorn) en Frangula alnus (sporkehout). De vrij zeldzame, tweehuizige R. catharctica groeit van nature op vochtige,leem-, of kalkhoudende bodems, terwijl de éénhuizige (tweeslachtige) R. frangula algemeen is en ook op armere zandbodems voorkomt. Wegedoorn heeft fijn gezaagd blad, tegenoverstaande bladeren en takken en twijgen eindigen vaak in een doorn. Hij heeft een rijke bloei in het voorjaar. Sporkehout heeft een gaaf blad, verspreid staande bladeren en takken en is doornloos. Het kent een lange bloeitijd, maar de bloei is niet uitbundig. Uit zaadvondsten blijkt dat beide soorten hier al 7000 jaar geleden voorkwamen.
De fijne houtskool van sporkehout is al vanaf de middeleeuwen gebruikt als grondstof voor buskruit. In tijden van oorlog zijn hele monocultures van sporkehout aangelegd. Het kan goed worden beheerd als hakhout en de buigzame twijgen worden gebruikt in de mandenvlechterij en in leemwanden.Goed toepasbaar in gemengde hagen.
Sporkehout wordt in veel streken ook wel vuilboom genoemd. Waarschijnlijk omdat de bessen een sterk laxerende werking hebben. Voedselplant voor zilverblauwtje (=vuilboomblauwtje)
Kleur: lichtgroen
Bloei: 5-9
Hoogte: 2-4 m
Zon: zhs
Bodem: liefst vochtig en zuur, ook arm en droger
Extra: geschikt voor hagen/
Prijs (per 1 ): €1.50
Deze plant is momenteel niet leverbaar. Fotos van deze soort